Bittervoorn
foto Jelger Herder
De bittervoorn (Rhodeus amarus) is een klein karperachtig visje dat niet groter wordt dan 6 a 7 cm. Bittervoorns houden van schoon plantenrijk water. Voor hun voorkomen is echter een andere cruciale factor van belang: zoetwater mosselen! Bittervoorns hebben namelijk een unieke voortplantingsstrategie. Het vrouwtjes van de bittervoorn legt met een lange legbuis haar eitjes in een zoetwatermossel. Op deze manier zijn de eitjes beschermd tegen rovers en kunnen ze zich veilig ontwikkelen tot larven. Grote volwassen zoetwater mosselen zoals de zwanenmossel zijn daarom van groot belang voor de aanwezigheid van de bittervoorn. In Nederland is de bittervoorn een redelijk zeldzame soort waarvoor een beetje het zelfde geldt als voor de kleine modderkuiper: in het westen van Nederland is de soort plaatselijk redelijk algemeen maar in de rest van Europa zeldzaam. Daarom is de bittervoorn Europees beschermd in de habitatrichtlijn en heeft de soort ook in Nederland de hoogste beschermingsstatus in de Flora- en faunawet. Ook staat de bittervoorn op de Rode lijst als kwetsbaar. De soort is gevoelig voor waterverontreiniging en ook voor het verlies van mosselen door mechanisch schonen en baggeren van sloten waarbij de grote mosselen verloren gaan.
Op de golfbaan: de bittervoorn hadden we wel verwacht op de golfbaan omdat de soort ook in de omgeving voorkwam. In 2007 en 2008 hebben we echter geen enkele bittervoorn weten te vangen en leek de soort afwezig op de baan. Vanaf 2011 vangen we plotseling op heel veel plaatsen bittervoorns. Mogelijk dat een verbeterde waterkwaliteit er voor heeft gezorgd dat de bittervoorn zich heeft kunnen vestigen of heeft kunnen uitbreiden.